Economie: verschil tussen versies

Uit BENx4allWiki
Ga naar: navigatie, zoeken
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
'''Economie''' (uit het Griekse oikos (οἶκος), huis en nomos (νόμος), regel; letterlijk dus huishoudkunde). We kennen economie als wetenschap en als [[Economie (systeem)|economisch systeem]].
+
'''Economie''' (uit het Griekse oikos (οἶκος), huis en nomos (νόμος), regel; letterlijk dus huishoudkunde). We kennen economie als wetenschap en als [[Economie (systeem)|economisch systeem]]. [https://nl.wikipedia.org/wiki/Economie Zie WikiPedia]
  
 
In Nederland wordt economie onder de sociale wetenschappen gerekend, in Vlaanderen onder de gedragswetenschappen. Analoog aan deze wetenschappen houdt economie zich niet alleen bezig met beschrijvende uitspraken, oftewel hoe de economie werkt, maar ook met normatieve uitspraken, oftewel wat gewenste situaties zijn. Economie richt zich op:
 
In Nederland wordt economie onder de sociale wetenschappen gerekend, in Vlaanderen onder de gedragswetenschappen. Analoog aan deze wetenschappen houdt economie zich niet alleen bezig met beschrijvende uitspraken, oftewel hoe de economie werkt, maar ook met normatieve uitspraken, oftewel wat gewenste situaties zijn. Economie richt zich op:
Regel 28: Regel 28:
  
 
In de [[organisatieleer]] wordt ingegaan op zwakke en sterke punten van verschillende economische stelsels.
 
In de [[organisatieleer]] wordt ingegaan op zwakke en sterke punten van verschillende economische stelsels.
 +
 +
 +
[[Categorie:economie]]
  
 
= Zie ook =
 
= Zie ook =
 
* onze bron: [https://nl.wikipedia.org/wiki/Economie Wikipedia economie]
 
* onze bron: [https://nl.wikipedia.org/wiki/Economie Wikipedia economie]

Huidige versie van 29 okt 2016 om 13:58

Economie (uit het Griekse oikos (οἶκος), huis en nomos (νόμος), regel; letterlijk dus huishoudkunde). We kennen economie als wetenschap en als economisch systeem. Zie WikiPedia

In Nederland wordt economie onder de sociale wetenschappen gerekend, in Vlaanderen onder de gedragswetenschappen. Analoog aan deze wetenschappen houdt economie zich niet alleen bezig met beschrijvende uitspraken, oftewel hoe de economie werkt, maar ook met normatieve uitspraken, oftewel wat gewenste situaties zijn. Economie richt zich op:

  • Sociale waarde (Abstracte eenheid van waarde)
  • Objectieve sociale werkelijkheid (bestaat uit individuen)
  • Conventies (onpersoonlijke wetten)

Economie is volgens Aristoteles de kunst om in het onderhoud te voorzien. Anders gezegd, economie beperkt zich tot het verkrijgen van goederen die noodzakelijk zijn voor het leven en voor het huishouden of die nuttig zijn voor de staat. Het zou moeten gaan om het produceren van fysieke producten, het bakken van brood, het bouwen van huizen en het maken van auto's. Wat in de fysieke wereld onmogelijk is, behoort niet in de economie thuis.

Voor het verkrijgen van goederen die noodzakelijk zijn voor het leven en voor het huishouden zijn was dat aanvankelijk de Primaire sector, die grondstoffen en voedsel levert van o.a. landbouw, visserij en delfstoffenwinning en een Tertiaire sector wat we nu commerciële dienstverlening noemen, bestaande uit winkels en ambacht bedrijven. Vervolgens ontstond de Secundaire sector ofwel de industrie waarvoor een ander huishoudkunde nodig is. Om de zorg voor elkaar en de samenleving te organiseren is de Quartaire sector ofwel de niet-commerciële dienstverlening ontwikkeld.

Aannames in de Economische wetenschap

Er zijn economen die economie als een exacte wetenschap zien, maar door het ontbreken van een abstracte eenheid van waarde, dat onpersoonlijke economische wetten en de Objectieve sociale werkelijkheid met elkaar verbind maakt economie tot een cultuur wetenschap.

Een economisch systeem is niet meer dan menselijk bedenksels om de samenleving op een bepaalde wijze te organiseren en daarmee de samenleving in een bepaalde richting te sturen. Een Economisch systeem dient niet verward te worden met economie. Een economisch systeem wordt vaak door politici gebruikt bij het realiseren van politieke doelen. Elk land, elke cultuur of samenlevingsverband kent z'n eigen economische systeem om staatshuishoudkunde te bedrijven. Economische systemen berusten op aannames. Over een aantal bestaat overeenstemming, maar de meningsverschillen over andere zijn aanleiding tot het ontstaan van verschillende economische scholen. Belangrijke aannames zijn:

  • Eigenbelang en algemeen belang
    De economische theorie stelt dat eigenbelang het nastreven van maximaal nut is, waarbij nut een maat is voor relatieve tevredenheid. Een belangrijke vraag is dan of dit individuele streven collectief kan leiden tot een maximaal nut voor iedereen, oftewel of de onzichtbare hand van Adam Smith inderdaad het algemeen belang dient. De vraag of en in hoeverre de onzichtbare hand zelfregulerend werkt zonder overheidsingrijpen is tot op heden actueel.
  • schaarste maakt dat elke keuze een afweging is tussen alternatieven;
  • bij veel economische modellen wordt ervan uitgegaan dat er rationele keuzes worden gemaakt;
  • een belangrijke rol bij keuzes zijn de voordelen die te behalen zijn. Die voordelen worden uitgedrukt als nut en zijn gebaseerd op de preferenties of voorkeuren;
  • keuzes gaan gepaard met kosten waaronder het verlies van de alternatieve optie, dan ook wel alternatieve kosten of opportuniteitskosten genoemd;
  • als de keuze niet alles of niets is, maar beide opties deels mogelijk zijn, dan is de optimale keuze die waar de marginale opbrengst gelijk is aan de marginale kosten. Buiten dat optimum levert het opgeven van het ene product minder op dan het andere product oplevert;
  • keuzes worden gemaakt uit eigenbelang op basis van de prikkels (incentives) die men ontvangt.

Staatshuishoudkunde

Er zijn verschillende manieren om de staatshuishouding te organiseren. De belangrijkste vormen zijn:

  1. centraal geleide of planeconomie die in praktijk is gebracht door het socialisme.
  2. vrijemarkteconomie of kapitalisme dat in zijn pure vorm voorkwam in de beginfase van de industriële revolutie.
  3. gemengde economie die nu min of meer in praktijk wordt gebracht in bijna alle landen op de wereld. De ene samenleving zal meer het karakter vertonen van een centraal geleide economie terwijl een andere samenleving meer het karakter heeft van een vrijemarkteconomie. Hier zijn verschillende vormen van organisatie mogelijk. De meeste westerse samenlevingen kennen een vorm van gemengde economie met de nadruk op het vrijemarktmodel.

In de organisatieleer wordt ingegaan op zwakke en sterke punten van verschillende economische stelsels.

Zie ook